In het coalitieprogramma voor 2018 – 2022 “De kracht van samen” staat in het hoofdstuk 13 Financiën en belastingen dat de toeristenbelasting wordt gehouden op het niveau van 2018. Daar hebben alle fracties die deel uitmaken van deze coalitie hun handtekening onder gezet. Die afspraak staat ook niet ter discussie voor ABGH, CDA, VVD en PvdA.
In de commissie Middelen van 3 december 2020 werd door PvdA-commissielid Ron de Kort toch even gewezen op het gemis aan een verordening toeristenbelasting. Deze werd niet verhoogd, dus moest er geen nieuwe verordening te worden vastgesteld. Meer was de vraag ook gericht op wat dit financieel betekent voor de gemeente Hulst aan het gemis aan extra structurele inkomsten.
In de gemeente Hulst bedraagt de toeristenbelasting al vele jaren 0,65 euro per persoon per nacht. Vele gemeenten in Zeeland zitten boven de 2 euro.  Gemiddeld over geheel Zeeland is het 1,50 euro.
Door Ron de Kort werd aan wethouder Totte gevraagd wat het zou betekenen als we dat Zeeuws gemiddelde van 1,50 euro aan onze toeristen zouden vragen. Volgens Totte zou dit een extra bedrag opleveren van ongeveer 140.000 euro structureel. Een enorm bedrag waar we voor de toeristen en voor onze inwoners veel moois mee zouden kunnen doen. Denk daarbij bv aan huisvesting voor het middelbaar onderwijs in Hulst, verlaging van de parkeerbelasting voor eigen inwoners, toeristische impulsen on de regio, investeringen ten bate van de leefbaarheid in alle kernen enz.
De opmerking van het commissielid van ABGH dat we in deze periode niet de bedrijven zwaarder moeten belasten raakte natuurlijk kant noch wal. Wethouder Totte legde nog maar eens uit dat dit geen extra kosten betekent voor de bedrijven. Zij maken enkel de geïncasseerde bedragen over aan de gemeente.

Nu we in beeld hebben wat een redelijk bedrag aan toeristenbelasting aan structureel extra geld kan opleveren, misschien in 2022 toch iets om over na te denken.

PZC 5 december:

Discussie over Hulster toeristentaks is show voor de bühne